Vorig jaar augustus hebben we met het pioniersgeestnetwerk een workshop gehouden over het organiseren van plaatselijke coronaherdenkingen samen met de burgerlijke gemeente,  buurtvereniging, ziekenhuis of verzorgingshuis. In die tijd gingen de gedachten van het ministerie VWS daar naar uit. Er waren zo’n kleine twintig mensen bij de workshop. De toolkit coronaherdenking is eruit voortgekomen. Er zou toen snel een landelijk comité benoemd worden om herdenkingen te initiëren. Pas op 18 maart 2022 is het comité Stilstaan bij corona benoemd, vele maanden later dan het plan was. Hoe dit comité over plaatselijke herdenkingen denkt, weten we nog niet. 

We zijn nu driekwart jaar na de workshop coronaherdenkingen. Een herdenking organiseren luistert nauw. Zijn er sindsdien andere dilemma’s en vragen gekomen? Allereerst, is het nog wel nodig om een plaatselijke herdenking te organiseren? De oorlog in de Oekraïne is uitgebroken, de opvang van vluchtelingen vraagt zorg en er dreigt een derde wereldoorlog. Toch denk ik dat herdenken nog altijd belangrijk is. De coronacrisis heeft op iedereen een grote impact gehad. Aandacht voor het verdriet en de verliezen zal ons goed doen. En ook voor de nieuwe uitdagingen hebben we elkaar hard nodig als samenleving. 

De opgave bij een herdenking is een focus te vinden, waarin al het geleden leed erkenning krijgt en het liefst ook zin en betekenis. Het zou ook saamhorigheid moeten bevorderen. Een dilemma dat in de zomer al speelde was de breedte van de herdenking. In 2020 pleitte trauma-expert en emeritus-hoogleraar psychiatrie Berthold Gersons voor het organiseren van coronaherdenkingen, zowel landelijk en plaatselijk. Hij voorzag een daling in vertrouwen in de overheid, woede en polarisatie in de samenleving als er geen herdenking zou komen en geen brede aandacht voor alle getroffenen en bevolkingsgroepen. Gersons wilde voorkomen dat de bevolking uit elkaar dreef. Wij vroegen ons tijdens de workshop al af of rouwenden samen met coronasceptici zouden willen herdenken. Op dit moment zouden plaatselijke herdenkingen een kans zijn om verbondenheid en solidariteit te herstellen, maar inmiddels zijn coronasceptici en complotgelovers zo verhard in hun standpunt dat ik me afvraag of ze aan herdenkingen mee willen doen die een officieel karakter hebben. Er zal eerst tijd overheen moeten gaan heb ik het idee, voordat er samen herdacht kan worden, en er cohesie kan komen. 

Een stille tocht langs betekenisvolle plekken, met verhalen van mensen die allemaal verschillend getroffen zijn was één van de ideeën uit de brainstorm in de workshop. Dat lijkt me nog steeds een zinnige vorm. Het luisteren naar ervaringen van mensen die anders getroffen zijn dan wijzelf, kweekt begrip en empathie. Maar ik zie ook een gevaar. Nu alles open is en de meesten van ons genieten van de herwonnen vrijheid, is er het risico dat de schade die we hebben geleden door de maatregelen centraal komt te staan in de herdenking. De boosdoener, het virus dat de maatregelen noodzakelijk maakte, verdwijnt hiermee uit het oog. Als dit de focus zou worden van een herdenking ligt het sentiment: ‘nooit meer lockdown’ op de loer. Dat verlaagt het draagvlak voor maatregelen die misschien toch weer nodig zijn in de herfst, hoe hard we ook hopen van niet. Die focus roept alleen maar boosheid op. 

In de Bogortuin in Amsterdam heeft van 12-19 maart een tijdelijk Nationaal Covidmonument gestaan om de corona-doden te herdenken. Het monument bestond uit 35.000 witte vlaggetjes, voor elke coronadode een vlaggetje. Het was een initiatief van de stichting ProtectEveryBody, geïnspireerd door het kunstproject Remember in September. Coen Wessel en ik hebben ook aan het monument meegewerkt. Het duurde een aantal dagen voordat vrijwilligers alle vlaggetjes in de grond gestoken hadden, buurtbewoners raakten ook betrokken. De witte zee van alsmaar wapperende vlaggetjes langs het water aan de kade had in alle verschrikking, het zicht op de vele doden, een grote schoonheid.

Bij het organiseren van de workshop eind augustus vorig jaar, leek het ons geen goed idee om alleen de focus te leggen op het herdenken van de doden. Maar toen ik bij die zee van vlaggetjes in de Bogortuin stond maakte dat veel indruk: al die mensen die we verloren hebben. Dit ene accent, op de doden, was krachtig en troostend. Al het andere leed klonk daarin mee, alle opofferingen die er voor gezorgd hebben dat het er niet nog meer waren. Ik ben er anders over gaan denken, de focus op de doden geeft de geleden schade -emotioneel, economisch en mentaal- zin en betekenis. Het zijn heel letterlijk offers geweest om mensen te redden. Deze focus versterkt de saamhorigheid en goede zin in de samenleving.

Berthe van Soest